Waardengedreven allianties zijn specifieke allianties in de zin dat ze zich richten op het bijdragen aan een betere samenleving. Er bestaan veel modellen die de levenscyclus van allianties weergeven. Op basis van mijn eigen ervaringen met waardengedreven allianties beschrijf ik de levensloop in vier fasen: het formeren, funderen, evolueren en transformeren van allianties. Deze vier fasen zijn geen lineaire fasen in de levenscyclus van allianties. Het is een dynamisch en doorlopend patroon vol paradoxen en spanningen.
Allianties formeren
Bij het initiëren van allianties gaat het in de eerste plaats om het vormen van de alliantie. In dit stadium wordt de basis gelegd voor de alliantie. Het is de fase van elkaar leren kennen en mogelijkheden verkennen om elkaar te kunnen versterken. Het gaat vooral om het ontwikkelen van vertrouwen en het investeren in relaties. Individuele drijfveren en betrokkenheid spelen hierbij een rol, evenals relationele kwaliteiten. Samenwerken aan innovatie is gebaat bij de kracht van verschillen. Bij het aangaan van een alliantie draait het om de vraag wie bij de alliantie wordt betrokken en wie ervan wordt uitgesloten. Met wie wil je verbinding maken? Tijdens de eerste verkenningsronde worden daarom nog weinig partijen uitgesloten.
Als het gaat om het formeren van allianties zijn er vaak enkele initiatiefnemers die elkaar al kennen. De behoefte aan krachtenbundeling en de angst om buitengesloten te worden zijn een prikkel om in deze fase verbinding te maken. Formering is vooral een zorgvuldig proces waarin je elkaar leert kennen en vertrouwen opbouwt. Deze fase kent een aantal activiteiten, zoals:
- Zoeken naar de meest geschikte samenwerkingspartners;
- Het formuleren van een betekenisvolle missie;
- Het vertalen van de missie naar een visie op de toekomst;
- Overeenstemming bereiken over fundamentele waarden;
- Concrete doelstellingen en actiepunten formuleren;
- De meest geschikte fiscaal-juridische constructie uitwerken;
- Het kiezen van een passend besluitvormings- en besturingsmodel.
In de formeringsfase is het formuleren van de missie van de nieuwe alliantie van cruciaal belang. Hoewel de initiërende leden aanvankelijk een gemeenschappelijke missie ontwikkelen, zal de missie in de komende fasen verder worden uitgewerkt en zo nodig aangepast. Een betekenisvolle en aansprekende missie geeft de alliantie stabiliteit. Dit is de belangrijkste reden waarom deze fase zo belangrijk is. Naast een gemeenschappelijke missie gaat het ook over onderling vertrouwen en daarmee om de vraag wie meedoet en wie niet. Het kiezen van de juiste formerende leden is relevant, omdat zij in eerste instantie anderen zullen inspireren, andere leden de weg zullen wijzen en bijna voor altijd een leidende rol in de alliantie zullen spelen. De eerste leden zetten zich in voor en helpen bij het volbrengen van een missie die in de loop van de tijd wordt geperfectioneerd.
Allianties funderen
De tweede fase in de ontwikkeling van allianties gaat over het uitbouwen van de alliantie op basis van het initiatief van de eerste leden. Hierbij rijzen vragen over passende vormen van samenwerking en zakelijke arrangementen waarin de positie en specifieke inbreng van de partners is geregeld. Vorm en inhoud scheppen duidelijkheid over machtsverhoudingen en besluitvormingsprocedures. Er worden afspraken gemaakt over investeringen, kostenverdelingen en opbrengsten om te voorkomen dat er belangenverstrengeling ontstaat en de samenwerking wordt verbroken.
Investeren in het uitwisselen en ontwikkelen van kennis is een belangrijke activiteit bij het vormgeven van de samenwerking. Bij het vormen en uitbouwen van de samenwerking met andere leden is het de kunst om vanuit de eigen identiteit bij te dragen aan het geheel. Hierbij staat de zoektocht naar de gemeenschappelijke identiteit centraal: de vraag wat die identiteit inhoudt en hoe die kan worden vormgegeven en vastgelegd in een zakelijke regeling.
Het ontwikkelen van allianties brengt ook organisatorische keuzes met zich mee wanneer een alliantie zich uitbreidt en het aantal leden toeneemt. Het in kaart brengen van relaties en relatiepatronen is een vaardigheid op zich, net als het werken aan wederzijds vertrouwen. Het gaat erom mensen uit verschillende werelden bij elkaar te brengen en op zoek te gaan naar een gemeenschappelijke identiteit en gedeelde zingeving, zonder daarbij de missie uit het oog te verliezen. In deze fase begint de besturing van de alliantie concreet vorm te krijgen en steeds beter te werken. Afhankelijk van het soort alliantie wordt een professioneel team aangesteld om het dagelijks functioneren van het collectief te leiden.
Allianties evolueren
De derde fase betreft de evolutie van een alliantie. Het partnerschap zal zich nu richten op het stellen van ambitieuzere doelen en het behalen van resultaten. Nu gaat het om het samenbrengen van ambities en het verwezenlijken van een gezamenlijk doel. Afhankelijk van de aard van de alliantie sluit het netwerk zich en worden nieuwe partners minder makkelijk toegelaten. In allianties die van nature open zijn, zet de continue groei van het aantal leden door zolang ze de missie onderschrijven, de waarden delen en voldoen aan inmiddels vastgestelde criteria voor lidmaatschap. Om hun maatschappelijke missie waar te maken, zullen sommige allianties zich juist inspannen om potentiële nieuwe partners aan te trekken Daarmee krijgt de alliantie meer invloed en impact.
In deze fase zijn zichtbare resultaten belangrijk om te blijven investeren in de samenwerking. Resultaten stimuleren de partners en maken de meerwaarde van de samenwerking tastbaar. Resultaten kunnen betrekking hebben op het behalen van kostenvoordeel, concurrentievoordeel, marktaandeel of oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken. Als concrete resultaten uitblijven, is de kans groot dat de samenwerking onder druk komt te staan en uiteenvalt. Daarom staan in deze fase de manier van werken en de afstemming en aansturing van activiteiten in de alliantie centraal. Vanuit de missie en visie wordt gewerkt aan het formuleren van doelen, het zoeken naar een gewenste aanpak, het benoemen van activiteiten en het verdelen van taken en rollen. Procesvaardigheden zijn op dit punt essentieel, evenals gevoel voor onderlinge verhoudingen binnen de alliantie. Alles draait om de kunst om met paradoxen om te gaan en verschillen te tolereren.
Allianties transformeren
In de vierde fase gaat het om het transformeren van de alliantie. Een gezonde alliantie zal zich op een natuurlijke manier ontwikkelen en niet worden gedwongen tot een radicale transformatie waarbij de alliantie een nieuw formeringsproces zal doormaken. Natuurlijk kan het wel voorkomen dat allianties door druk vanuit de omgeving of verlies aan betekenis gedwongen worden om zichzelf op een radicalere manier te transformeren. Als ze zich dan niet opnieuw kunnen uitvinden, betekent dit vaak het einde van de alliantie.
In deze fase staat de alliantie voor de opgave om te blijven innoveren als resultaten uitblijven en zich aan te passen als de context verandert en de druk toeneemt. Op termijn kan het zichtbare belang van de alliantie afnemen, evenals de wil om er energie in te blijven steken. Is de alliantie dan in staat zichzelf te vernieuwen en opnieuw uit te vinden?
Ook in deze fase is zorgvuldige samenwerking essentieel. Het draait om de vraag hoe de samenwerking kan worden behouden en alsnog kan worden vernieuwd. Bij het transformeren van allianties is het een kunst om stagnaties te herkennen en ze aan te pakken. Er is sterk en visionair leiderschap nodig om met uiteenlopende visies op problemen en toekomstperspectieven om te kunnen gaan. Vaak gaat het om gedeeld of collectief leiderschap. De oprechte betrokkenheid van sleutelfiguren is hierbij essentieel.
Levenscyclus
Waardengedreven allianties doorlopen continu de levenscyclus van formeren, funderen, evolueren en transformeren. Door hun maatschappelijke oriëntatie worden waardengedreven allianties in alle levensfasen en gedurende hun hele levensduur geconfronteerd met uitdagingen waarop ze antwoord moeten vinden. Aanpassing aan de specifieke eisen en behoeften in elke levensfase van de alliantie is een belangrijke succesfactor voor elke alliantie. Een goed creatieproces in de formeringsfase en een zorgvuldig ontwikkelproces in de funderingsfase zijn belangrijk om de spanningen en paradoxen in alle fasen het hoofd te bieden. In de evolutiefase leidt een gezamenlijke missie met een heldere visie de alliantie door deze fase waarbij gedeelde waarden en leidende principes stabiliteit scheppen in dit proces van verandering en ontwikkeling. De transformatiefase lijkt de meest dynamische fase, aangezien de missie en het doel van de alliantie in twijfel kan worden getrokken. De transformatiefase kan evolutionair en ook revolutionair zijn met een volledige transformatie van de alliantie. Om de transformatiefase in te gaan, is het belangrijk om de toekomst van de alliantie te voorzien, hoe dubbelzinnig en onduidelijk die ook kan zijn. Dit proces van vooruitzien en aanpassen zou al in de evolutiefase moeten beginnen en misschien zelfs al tijdens de laatste periode van de funderingsfase.
Over Jaap Boonstra
Jaap Boonstra is hoogleraar ‘Organisatiedynamiek’ aan Esade Business School in Barcelona, hoogleraar ‘Organisatieverandering’ aan de Rotterdam School of Management, en kerndocent bij de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur. Als onafhankelijk adviseur ondersteunt hij organisaties in hun ontwikkeling. Hij schreef meerdere boeken over organisatieverandering, organisatiecultuur en leiderschap.