Sinds de industriële revolutie weten we niet beter of de macht in organisaties is gebaseerd op hiërarchische structuren en op het geheimhouden van kennis. Onder invloed van internet en de sociale media is dat soort macht in rap tempo aan het afbrokkelen. In Iedereen CEO schetst Menno Lanting een nieuwe werkelijkheid. Steeds vaker zoeken medewerkers en consumenten hun eigen weg in een plat en oneindig verbonden netwerk. Leiders ontlenen hun status niet meer aan hun positie in het organogram, maar aan de waarde van de bijdrage die zij leveren aan het netwerk.
Aan de hand van de ervaringen van een aantal succesvolle ‘online leiders’ laat Lanting in Iedereen CEO zien hoe organisaties in de 21e eeuw nieuwe vorm en inhoud kunnen krijgen. Het boek is een vervolg op zijn bestseller Connect! In het eerste deel beschrijft hij hoe en waarom steeds meer werknemers zich afkeren van bestaande organisaties. Zij voelen zich er beperkt in hun passie, creativiteit en vooral ook in hun productiviteit. Verbonden zij zich voorheen aan organisaties om hun inkomen veilig te stellen, nu realiseren zij zich steeds meer dat zij dat zonder deze organisaties net zo goed of zelfs beter kunnen. Daardoor gaan zij heel andere voorwaarden stellen aan werkgevers.
Uiteraard roept zo’n ingrijpende verandering weerstanden op. Aan de hand van historische voorbeelden laat Lanting zien dat mensen van nature tegensputteren bij vernieuwingen in de maatschappij of binnen hun organisatie. Door het samenvloeien van technologie, communicatie en onze menselijke behoefte om ons aan elkaar te verbinden ontstaat echter een ‘nieuwe denkkracht’. Die vormt de motor van de ‘connected organisatie’.
Essentieel voor het begrip van die nieuwe organisaties is dat zij alleen door de buitenwereld te spiegelen hun toegevoegde waarde kunnen bevestigen (of hervinden, voegt Lanting er terecht aan toe). Er ontstaat een economisch model dat steeds minder wordt gedragen door bedrijven en instellingen en steeds meer door individuen. Boeiend is wat managers en leiders als Ben Verwaayen van Alcatel-Lucent en Marije Koets van Vitae in dat verband vertellen over wat het werken met sociale media hen heeft opgeleverd.
In het tweede deel van ‘Iedereen CEO’ diept Lanting vervolgens de voornaamste aspecten uit van de ‘connected wereld’ verder uit: transparantie, vertrouwen, bereikbaarheid, authenticiteit en vakmanschap, en samen leren. Een aansprekend voorbeeld van dat laatste is het interne sociale netwerk van KPN, waarover projectleider Peter Haan vertelt in het laatste hoofdstuk.
‘Iedereen CEO’ is een boek over een actuele maatschappelijke ontwikkeling waarvan we de mogelijkheden, de reikwijdte en de impact alleen maar kunnen bevroeden. Alleen al daarom zou iedereen het moeten lezen die geïnteresseerd is in hoe organisaties en leiderschap zich de komende decennia verder zullen ontwikkelen. Alle reden dus om Menno Lanting er van harte mee te complimenteren. Ondertussen moeten we ons wel realiseren dat het ontstaan ervan vooral te danken is aan zijn ervaring en aan zijn visie. Dat is tegelijk de kracht en de zwakte van het boek.
Weliswaar heeft Lanting zich bij het schrijven laten voeden door tientallen gesprekken en interviews met uiteenlopende mensen - dat waren toch vooral mensen die al bij voorbaat overtuigd waren van het nut van sociale netwerken. De ervaringen van deze gelovers in de ‘nieuwe Renaissance’ vormen ontegenzeggelijk een bron van inspiratie, ook voor de lezer. Maar het boek zou nog aan overtuigingskracht hebben gewonnen als die ervaringen ook aan een kritische beschouwing waren onderworpen (is het allemaal in het echt ook zo mooi als zij het hier voorstellen?) en als er meer plaats was ingeruimd voor serieuze tegenspraak. Wat we daar nu van merken in het hoofdstuk over weerstanden tegen verandering blijft een beetje karikaturaal, en dat is jammer.
Over Pierre Spaninks
Pierre Spaninks (Eindhoven, 1955) was tot zijn pensionering in 2021 zelfstandig professional in journalistiek en communicatie. Hij kreeg landelijk bekendheid als ZZP-expert. Voordien had hij gewerkt in het hoger onderwijs en de consultancy. Hij studeerde Tekstwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en volgde op Harvard het Senior Manager in Government Program. Tegenwoordig legt hij zich toe op de Egyptologie.