Jeroen Brouwers
- Auteur
Jeroen Brouwers, geboren op 30 april 1940, brengt zijn kindertijd door in Indië. Na de Japanse invasie belandt hij in het Japanse interneringskamp Tjideng. In 1948 komt Brouwers naar Nederland, waar hij tot zijn zeventiende in katholieke kostscholen verblijft. Na zijn dienstplicht werkt hij enkele jaren in de journalistiek.
Begin 1964 verhuist Brouwers naar Brussel, waar hij in dienst treedt van uitgeverij Manteau. In 1964 debuteert hij met de verhalenbundel Het mes op de keel. Voor zijn daaropvolgende roman, Joris Ockeloen en het wachten (1967), ontvangt hij de Vijverbergprijs.
Begin 1964 verhuist Brouwers naar Brussel, waar hij in dienst treedt van uitgeverij Manteau. In 1964 debuteert hij met de verhalenbundel Het mes op de keel. Voor zijn daaropvolgende roman, Joris Ockeloen en het wachten (1967), ontvangt hij de Vijverbergprijs.
Jeroen Brouwers, geboren op 30 april 1940, brengt zijn kindertijd door in Indië. Na de Japanse invasie belandt hij in het Japanse interneringskamp Tjideng. In 1948 komt Brouwers naar Nederland, waar hij tot zijn zeventiende in katholieke kostscholen verblijft. Na zijn dienstplicht werkt hij enkele jaren in de journalistiek.
Begin 1964 verhuist Brouwers naar Brussel, waar hij in dienst treedt van uitgeverij Manteau. In 1964 debuteert hij met de verhalenbundel Het mes op de keel. Voor zijn daaropvolgende roman, Joris Ockeloen en het wachten (1967), ontvangt hij de Vijverbergprijs. Bij het grote publiek wordt hij bekend met Bezonken rood (1981), waarin hij de toestanden in het jappenkamp beschrijft. Deze roman vormt het tweede deel van de autobiografische Indiëtriologie, met als eerste deel Het verzonkene (1979, Multatuliprijs 1980) en De zondvloed (1988, F. Bordewijkprijs 1989) als laatste deel.
Veel van zijn essayistische en polemische werk wordt gebundeld in vier Kladboeken, die verschenen in 1979, 1980, 1991 en 1994, en in Brouwers’ eenmansperiodiek Feuilletons, waarvan tot op heden negen afleveringen zijn verschenen, met bekende titels als Extra Edietzie (1996) De schemer daalt (2005) en Restletsels (2012). De essaybundel Vlaamse leeuwen (1994) wordt bekroond met de Gouden Uil voor non-fictie.
In 2000 verschijnt Geheime kamers, waarvoor Brouwers de Multatuliprijs, de AKO Literatuurprijs en de Gouden Uil ontvangt. In 2007 verscheen de roman Datumloze dagen. In ditzelfde jaar wordt Brouwers onderscheiden met de Prijs der Nederlandse Letteren voor zijn gehele oeuvre. Volgens de jury heeft Jeroen Brouwers ‘in de naoorlogse Nederlandstalige literatuur bakens uitgezet en verzet’. Bovendien heeft Brouwers ‘het egodocument verheven tot een volwaardig literair genre’ en noemt de jury Brouwers’ brievenboeken (Kroniek van een karakter, 1987) van een ‘ongeëvenaarde kwaliteit’. Hierop reageert Brouwers met het Feuilleton Sisyphus’ bakens, een vloekschrift over literaire prijzen, het koningshuis en de waarde van de schrijver. In Hamerstukken (2010) is het polemisch werk van Brouwers verzameld. In 2011 verscheen zijn bejubelde roman Bittere bloemen.
Het hout (oktober 2014) is de eerste Nederlandse roman over jeugdmisbruik in de katholieke kerk.
(foto Annaleen Louwes)
Begin 1964 verhuist Brouwers naar Brussel, waar hij in dienst treedt van uitgeverij Manteau. In 1964 debuteert hij met de verhalenbundel Het mes op de keel. Voor zijn daaropvolgende roman, Joris Ockeloen en het wachten (1967), ontvangt hij de Vijverbergprijs. Bij het grote publiek wordt hij bekend met Bezonken rood (1981), waarin hij de toestanden in het jappenkamp beschrijft. Deze roman vormt het tweede deel van de autobiografische Indiëtriologie, met als eerste deel Het verzonkene (1979, Multatuliprijs 1980) en De zondvloed (1988, F. Bordewijkprijs 1989) als laatste deel.
Veel van zijn essayistische en polemische werk wordt gebundeld in vier Kladboeken, die verschenen in 1979, 1980, 1991 en 1994, en in Brouwers’ eenmansperiodiek Feuilletons, waarvan tot op heden negen afleveringen zijn verschenen, met bekende titels als Extra Edietzie (1996) De schemer daalt (2005) en Restletsels (2012). De essaybundel Vlaamse leeuwen (1994) wordt bekroond met de Gouden Uil voor non-fictie.
In 2000 verschijnt Geheime kamers, waarvoor Brouwers de Multatuliprijs, de AKO Literatuurprijs en de Gouden Uil ontvangt. In 2007 verscheen de roman Datumloze dagen. In ditzelfde jaar wordt Brouwers onderscheiden met de Prijs der Nederlandse Letteren voor zijn gehele oeuvre. Volgens de jury heeft Jeroen Brouwers ‘in de naoorlogse Nederlandstalige literatuur bakens uitgezet en verzet’. Bovendien heeft Brouwers ‘het egodocument verheven tot een volwaardig literair genre’ en noemt de jury Brouwers’ brievenboeken (Kroniek van een karakter, 1987) van een ‘ongeëvenaarde kwaliteit’. Hierop reageert Brouwers met het Feuilleton Sisyphus’ bakens, een vloekschrift over literaire prijzen, het koningshuis en de waarde van de schrijver. In Hamerstukken (2010) is het polemisch werk van Brouwers verzameld. In 2011 verscheen zijn bejubelde roman Bittere bloemen.
Het hout (oktober 2014) is de eerste Nederlandse roman over jeugdmisbruik in de katholieke kerk.
(foto Annaleen Louwes)
Boeken van Jeroen Brouwers
Jeroen Brouwers
Bezonken rood - Jubileum editie
Vrij Nederland schreef bijna veertig jaar geleden: ‘Dit is wat Brouwers in 'Bezonken rood' is gelukt: schrijven over het vergankelijke op een onvergankelijke manier.
Meer
Jeroen Brouwers
Het hout
Een indringend beeld van de misdaden en de hypocrisie in de roomse kerk, die heden nog de verontwaardiging en frustratie oproepen van wie er het slachtoffer van zijn geweest.
Meer
Jeroen Brouwers
Zonsopgangen boven zee
Jeroen Brouwers
Het verzonkene
Jeroen Brouwers beleefde in voormalig Nederlands-Indië zijn kinderjaren. In deze roman herinnert hij zich het verloren landschap van zijn jeugd.
Bekroond met de Multatuliprijs. Meer
Bekroond met de Multatuliprijs. Meer