Het verborgen lijden in organisaties

'Het verborgen lijden in organisaties' bekritiseert de organisatiekundige en veranderkundige theorievorming en praktijkuitvoering die al decennia lang de aanpassing centraal stelt. Bert Coenen ageert tegen de tendens tot doelgerichte aanpassing in hedendaagse benaderingen, zoals zelfsturing, collectieve flow, esthetisering en werkdiscipline (de 'nieuwe strengheid'). De schrijver vraagt aandacht voor de organisatiemens als een wezen van verlangen dat fundamenteel onaangepast is. Er is een diepgaand, niet te overbruggen verschil tussen mens en organisatie, met als gevolg een onontkoombaar lijden.

'Het verborgen lijden in organisaties' bestaat uit vier delen. In het eerste deel bespreekt en bekritiseert Coenen zowel bedrijfskundige als mensgerichte (HRM)theorieën van de aanpassing. In deel twee worden organisatie en verandering in de eerste plaats als talige begrippen beschouwd. Twee fundamentele krachten - de metafoor én de metonymie - beheersten de primaire processen van de taal, de psyche en de organisatie. De metafoor en de metonymie zijn de twee assen van de organisatie. Een taalkundige en psychoanalytische insteek toont dat iedere integratie van mens en organisatie voorlopig en onberekenbaar is. Dit richt de aandacht op het lijden in organisaties. Aan de hand van een aantal kleine verhalen of 'belijdenissen' gaat het derde deel in op zowel de existentiële als transcendente dimensies van het lijden in organisaties. Deel vier wordt afgesloten met een min of meer surrealistisch geïnspireerde terugblik vanuit de 'patafysica', de leer der schijnbare oplossingen.

Het boek is bedoeld voor studenten organisatiekunde, veranderkunde, begeleidingskunde, bedrijfskunde, bestuurskunde en organisatiefilosofie, alsook voor in de praktijk werkzame managers, organisatieadviseurs en professionals.