Alles wijst erop dat de beste manier om een voorsprong op de concurrentie te behalen langzamerhand verschuift van technologie, patenten en de strategische positie, naar de manier waarop een bedrijf met zijn werknemers omgaat. Pfeffer laat zien waarom betrokken en capabele werknemers tegenwoordig zo belangrijk zijn voor het bereiken van een stevige en duurzame concurrentiepositie en waarom nog maar zo weinig bedrijven zich daar mee bezig houden. Hij bespreekt factoren die van oudsher bepalend worden geacht voor het succes van de onderneming, zoals product- en procestechnologie, beschermde en gereguleerde markten, toegang tot financiële middelen en schaalvoordelen en onthult waarom deze factoren tegenwoordig niet meer voldoende zijn voor een goede en duurzame concurrentiepositie. Vervolgens onderzoekt hij welke barrières het management verhinderen een goed en vooruitstrevend personeelsbeleid te voeren. Pfeffer onderzoekt de geschiedenis van de arbeidsverhoudingen in de Verenigde Staten, die vaak gekenmerkt werden door wantrouwen en confrontaties tussen bedrijven werknemers. Verder legt hij uit waarom sommige theorieën over menselijk gedrag die allang weerlegd zijn, nog steeds een belangrijke rol spelen in de cultuur van veel bedrijven en de relatie tussen management en werknemers verstoren. Het is de taak van managers, zegt Pfeffer, om deze verouderde maar nog steeds veel voorkomende praktijken te veranderen. Hij biedt daartoe een raamwerk -met specifieke stappen - waarmee deze veranderingen in elke bedrijfstak kunnen worden doorgevoerd. In deze Nederlandse vertaling is een extra hoofdstuk toegevoegd over Nederland en België.
