Schrijfgids voor ondernemers

Inleiding 13

1 Wie ben jij en waar sta je voor? 15
1.1 Doelen 16
1.1.1 Hebben, doen, zijn 16
1.2 Je lam vinden 18
1.2.1 SWOT 18
1.3 Je doelgroep 22
1.3.1 Definieer je doelgroep 23
1.3.2 Nichemarkt 23
1.4 Behoeften koppelen 26
1.5 Kwaliteit 27
1.5.1 Definitie van kwaliteit 27
1.5.2 Kwaliteitsnormen 28
1.6 Elfjespitch 28

2 Wat is een goede tekst? 31
2.1 Kenmerken 32
2.1.1 Houdbaar 33
2.1.2 Flexibel 33
2.1.3 Doelgericht 33
2.1.4 Esthetisch 33
2.1.5 Correct Nederlands 34
2.1.6 Dienstbaar 34
2.1.7 Zintuigen en emoties 36
2.1.8 Opbouw 36
2.1.9 Call to action (CTA) 37
2.2 Belang van duidelijke tekst 38
2.2.1 Klant voor ogen 38
2.2.2 Resultaat boeken 39
2.2.3 Functies 39
2.3 Belang van regels 41
2.3.1 Algemene stijl- en spellingsregels 41
2.3.2 Leesbaarheid en herkenbaarheid 42
2.3.3 Uniforme schrijfwijze 42
2.3.4 Stijlgids of schrijfwijzer 44
2.3.5 Tone of voice 49
2.4 Online teksten 51
2.4.1 Aandacht 52
2.5 Opbouw van een online tekst 53
2.5.1 Piramideprincipe 53
2.6 Relevante content 55

3 Waar verzamel je bestaande tekst? 57
3.1 Verzamelmap 58
3.1.1 Gewoon beginnen 59
3.2 Je eigen tekstbieb 59
3.2.1 Fysieke tekstbibliotheek 60
3.3 Bestaande content beoordelen 62
3.3.1 Kwaliteitsdimensie 63
3.3.2 Uitstralingsdimensie 64
3.3.3 Boodschapdimensie 65
3.3.4 Doelgroepdimensie 67
3.4 Tekstbieb vullen 68

4 Wanneer maak je nieuwe content? 71
4.1 Doel van de tekst 72
4.2 Doelgroep 73
4.2.1 Call to action (CTA) 73
4.3 Tekstsoorten 75
4.3.1 Informerende tekst 75
4.3.2 Activerende tekst 75
4.3.3 Overtuigende tekst 75
4.3.4 Amuserende tekst 75
4.4 Tekstvormen 76
4.4.1 Interview 76
4.4.2 Verhalen 79
4.4.3 Artikel in vakblad 86
4.4.4 Verslag 87
4.4.5 Branded content 88
4.5 Uiterlijk van de tekst 89
4.5.1 Vormgever 89
4.5.2 Richtlijn tekst 89
4.5.3 Koppen snellen 90
4.6 Briefing 90
4.7 Denk als een tekstschrijver 92

5 Wanneer gebruik je content? 97
5.1 Content gebruiken 98
5.1.1 Een-op-een 98
5.1.2 Mix en match 99
5.1.3 Verdeel en heers 99
5.2 Socialmediaposts 100
5.2.1 Twitter 100
5.2.2 Instagram 100
5.2.3 Facebook 100
5.2.4 YouTube 100
5.2.5 LinkedIn 101
5.3 Een post op verschillende kanalen 101
5.3.1 Praktijkvoorbeeld 101
5.4 E-mail 102
5.4.1 Basisopzet 102
5.4.2 E-mailmarketing 103
5.4.3 Mag het persoonlijker? 103
5.5 Direct marketing/mail 107
5.5.1 Op naam of onpersoonlijk 107
5.5.2 Een brief 108
5.5.3 Een folder of brochure 109
5.5.4 Ansichtkaart 109
5.6 Wet op de privacy 109

6 Hoe krijg je de boodschap bij je doelgroep? 111
6.1 Zender en ontvanger 112
6.1.1 Non-verbale communicatie 112
6.1.2 Non-verbaal schriftelijk maken 112
6.1.3 Congruentie 113
6.2 Welk medium 113
6.2.1 Website 113
6.2.2 Persbericht 115
6.2.3 Advertorial 121
6.2.4 Mailing 123
6.2.5 Nieuwsbrief 124
6.2.6 Ebook 128
6.2.7 Blog 129
6.2.8 Spiekbriefje 132
6.2.9 Artikel 135
6.2.10 Whitepaper 137

7 Slim combineren 141
Multi-inzetbaar 142
Content voor jou laten werken 142
Hergebruik van content 143
7.1 Contentmatrix 143
7.1.1 Contentverdieping 144
7.1.2 Contentontwikkeling 145
7.1.3 Kanaalontwikkeling 145
7.1.4 Verbreding 145
7.2 Mitsen en maren 146

En hoe nu verder? 149
Over de auteur 150
Wat kan ik bieden? 152

Bijlagen 153
Bijlage 1 Voorbeeld tone of voice 153
Bijlage 2 Blind of met de hand? 154

Bronnen of meer lezen over een bepaald onderwerp 156

Dankwoord 158