Als iemand nog twijfelde aan het potentieel van kunstmatige intelligentie, dan moet ChatGPT daar inmiddels een eind aan hebben gemaakt. De teksten die de in november gelanceerde chatbot kan produceren zijn zo geavanceerd dat ze niet meer van menselijke communicatie zijn te onderscheiden. De AI-revolutie heeft daarmee een nieuwe, disruptieve fase bereikt, waarin niet alleen routinewerk, maar ook creatievere taken als copywriting, vertalen en programmeren in toenemende mate geautomatiseerd zullen worden.
Wat dat betreft had de timing van All-in on AI van Thomas Davenport niet beter kunnen zijn. Daarin stelt de hoogleraar van Babson College samen met Deloitte-adviseur Nitin Mittal dat ondernemingen die vol inzetten op artificial intelligence enorme concurrentievoordelen kunnen behalen. Davenport, die eerder al furore maakte met Big data aan het werk en Only humans need apply, kijkt hier niet zozeer naar de grote techbedrijven die AI met de paplepel ingegoten hebben gekregen, zoals Google, Meta en Microsoft, maar vooral naar gevestigde ondernemingen uit traditionele sectoren die hierin hun eigen pionierstappen moesten nemen.
Shell en Airbus
Zo is oliebedrijf Shell overgestapt op AI-gestuurde drones en computerprogramma’s waarmee het netwerk van pijplijnen en raffinaderijen binnen luttele weken geanalyseerd kan worden, iets dat voorheen jaren in beslag nam. En heeft de Europese vliegtuigbouwer Airbus een ecosysteem gecreëerd waarmee luchtvaartbedrijven en toeleveranciers het brandstofverbruik, de routes en het onderhoud van de vliegtuigen nauwkeuriger dan ooit kunnen voorspellen.
Investering
Toch maken organisaties die volledig voor AI gaan vooralsnog slechts één procent van ‘s werelds grootste ondernemingen uit. Volgens de auteurs is het ergens wel begrijpelijk dat het gros van het bedrijfsleven nog op het vinkentouw zit: een organisatiebrede overstap naar AI vereist niet alleen een forse investering, maar ook de actieve steun van de directie. Inzicht in hoe concurrerende bedrijven de technologie succesvol hebben omarmd kan die twijfel wegnemen, aldus Davenport, die momenteel al drie brede toepassingen ziet: als hulpmiddel voor innovatie, het optimaliseren van bedrijfsprocessen en het begrijpen en beïnvloeden van klantengedrag.
De negatieve neveneffecten waar sommige critici voor vrezen, zoals een grootschalig banenverlies, zijn bij de ondernemingen die de auteurs hebben bestudeerd overigens uitgebleven. Davenport wijst erop dat dit met nieuwe, nog algemenere vormen van AI eventueel kan veranderen. ‘Maar zover is het nog niet.’
Projecten
De bouw staat niet bekend om de betrouwbaarheid van haar prognoses. Zo ging de Amsterdamse Noord/Zuidlijn, die al in 2005 voltooid had moeten zijn, pas dertien jaar later open, tegen een prijskaartje dat 2,4 miljard hoger uitviel dan de geraamde 700 miljoen euro. De nog geen tien kilometer lange metrolijn is volgens Bent Flyvbjerg geen uitzondering. Uit een database van 16.000 grote projecten in 136 landen die de hoogleraar management aan de Saïd Business School aan Oxford heeft samengesteld blijkt dat 99.5 procent te laat en boven budget worden opgeleverd. Kleinere projecten, zoals een verbouwing of het installeren van een nieuw software-systeem, doen het nauwelijks beter. Maar waarom eigenlijk?
Action bias speelt een rol, stelt Flyvbjerg in zijn boek How big things get done, dat hij samen met journalist Dan Gardner schreef. Aannemers, managers en politici zijn vaak doeners die zo snel mogelijk aan een project willen beginnen en een gedetailleerde planning maar gedoe vinden. Flyvbjerg houdt projectmanagers daarom het motto think slow, act fast voor, waarbij een grondige planning wordt opgevolgd door een snelle uitvoering.
Modulariteit
Vertragingen kunnen volgens de Deense wetenschapper verder voorkomen worden door te kijken naar eerdere, vergelijkbare projecten, en de statistieken daarvan in de planning mee te nemen. Het kernwoord hierbij is modulariteit: de mate waarin componenten van een systeem kunnen worden gescheiden en gecombineerd. De kansen op succes nemen toe als de betrokkenen het project in stukjes weten op te delen, om die vervolgens als Lego-blokjes in elkaar te zetten. Dat is ook de reden waarom de bouw van kerncentrales gemiddeld 120 procent duurder uitvalt dan beraamd, terwijl de aanleg van zonneparken bijna altijd binnen de begroting blijft: nucleaire energie is nu eenmaal vele malen ingewikkelder.
En wie het niet lukt om een grote klus in behapbare deelprojecten op te splitsen kan altijd nog nee zeggen, aldus Flyvbjerg. Zoals wijlen Apple-baas Steve Jobs, zelf niet wars van complexe pojecten, het ooit stelde: ‘Ik ben eigenlijk net zo trots op wat we hebben laten schieten als op de dingen die we hebben gedaan.’
Over Jeroen Ansink
Jeroen Ansink is journalist in New York. Hij schrijft en schreef onder meer voor HP/De Tijd, Elsevier Weekly Magazine en Fortune.com. Voor Managementboek schrijft hij interviews. Ansink voltooide een vrij doctoraal in de Letteren aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en behaalde het certificaat Business Journalism aan de Wharton Business School aan de Universiteit van Pennsylvania.