In het nieuwe boek van Hans Strikwerda, Bespiegelingen over governance, bestuur, management en organisatie in de 21e eeuw, komt geen term voorbij of Strikwerda gaat uitgebreid in op de herkomst en de betekenis. Dat doet hij weloverwogen, vertelt de hoogleraar van de Amsterdam Business School. ‘Ik wil die termen begrijpen, als ik er ook met anderen over spreek. Het kan best zo zijn dat anderen bij die termen een heel ander begrip hebben. Dan zou dat op tafel moeten liggen. Niet lang geleden zat ik bij een congres in de sprekerskamer toen ik aan een collega vroeg: waar ga jij het nou over hebben. Organisatiecultuur, luidde het antwoord. Interessant, zei ik, maar hoe definieer je dat eigenlijk? Tot mijn verrassing werd die man heel boos. Maar je moet zo’n term toch kunnen definiëren?’
Strikwerda ziet dat gebrek aan precisie als een maatschappelijk fenomeen dat te maken heeft met de overgang naar de beeldcultuur in de media. ‘We zijn geneigd om allerlei begrippen als tekens naar elkaar toe te werpen, in plaats van ze als analytische, inhoudsvolle begrippen te gebruiken. We hebben het voortdurend over teamwork, cultuur, gedrag en waarden, maar er wordt niet gevraagd aan degene die ze uitspreekt wat hij daarmee bedoelt. Zo ontstaat er een soort schijncommunicatie, waarbij mensen het idee hebben met probleemoplossend vermogen bezig te zijn, maar dat zijn ze niet. In mijn boek probeer ik daar doorheen te breken en dingen wel te benoemen. Het is ook niet zo vreselijk moeilijk allemaal. Maar je moet weg uit wat Zijderveld in de jaren ’70 al omschreef als de clichétaal.’
De wetenschapper en ondernemer Alex Pentland, verbonden aan MIT, heeft daar een boek over geschreven, Social Physics. ‘In dat boek legt Pentland uit dat het effect van social media is dat mensen denken dat ze met nieuwe ideeën te maken hebben, maar dat zij in werkelijkheid in een soort echoput zitten, waarin zij hun eigen termen verwrongen terugvinden. Bovendien werken de sociale media panische reacties en oppervlakkigheid in de hand. Pentland pleit in dat boek ook voor het herstel van de provenance of ideas: als jij een begrip gebruikt: waar komt dat vandaan? Hoe heeft zich dat historisch ontwikkeld? Wat sluit het in? Wat sluit het uit? Naar welke onderliggende literatuur verwijst het?’
Wanneer daar geen duidelijkheid over bestaat, snijden mensen zichzelf af van een hele rijkdom aan bestaande literatuur met allerlei prachtige inzichten, vreest Strikwerda. ‘Laatst kwam ik een onderzoek tegen over wat mensen verstaan onder het begrip governance. Mensen gebruiken dat te pas en te onpas. Ze scharen er niet alleen toezicht onder, maar ook bestuur en management en organisatie. Zelfs TQM kwam er onder te zitten. Het gevolg is dat mensen niet meer in de gaten hebben dat wanneer zij iets over goed bestuur willen weten, zij niet naar literatuur over corporate governance moeten zoeken, maar naar literatuur over business administration en administrative behaviour.’
Het zou goed zijn als we in Nederland weer de beschikking zouden krijgen over een degelijk handboek waarin een aantal zaken met elkaar in verband worden gebracht, stelt Strikwerda. ‘In Amerika hebben ze natuurlijk een aantal goede textbooks en in Duitsland beschikken ze er ook over, maar in Nederland ontbreekt het aan een up-to-date handboek dat begrippen uitlegt en definities en functies geeft. De tekstboeken over organisational behaviour die wij uit Amerika halen zijn bijvoorbeeld best bruikbaar, omdat het vak nauwelijks verandert. Maar die over strategie lopen tien tot vijftien jaar achter. Het grote handboek van Kenneth Merchant over management control is al twintig jaar verouderd, terwijl Joseph Bower zelf heeft gezegd dat zijn nog steeds breed toegepaste bottom-up resource allocation process uit zijn boek over strategy execution uit 1986 echt niet meer werkt in de huidige economie.’
Strikwerda heeft een verkennend gesprek gevoerd met zijn uitgever om te onderzoeken of er een mogelijkheid bestaat om toch weer een Nederlands handboek samen te stellen, op papier of als e-book. ‘Je merkt toch dat mensen in verwarring zijn over begrippen en concepten. Wat betekenen ze nou? Iedereen vult ze op zijn eigen manier in, waardoor de communicatie vaak stroef verloopt. Maar ik wilde eerst dit boek uitbrengen.’
Voor wie nog benieuwd was naar de definitie van cultuur: Strikwerda gebruikt een antropologische definitie, waarin cultuur de collectieve programmering van het denken betekent. ‘Anders heb je geen samenleving. Cultuur is een fenomeen, maar heeft ook een functie, namelijk identiteitsverschaffing en commitment. Wanneer je cultuur als de collectieve programmering van het denken definieert, betekent het ook dat cultuur een procesdimensie heeft via socialisatie en educatie. Maar daarnaast is de vraag: wat is nou de inhoud van die programmering? Welke waarden, normen en inzichten worden overgedragen? Dat zijn variabelen die je uit elkaar moet halen. In het verleden was het zo dat cultuur waardevol was voor een bedrijf omdat je in principe het businessmodel reproduceerde via socialisatie, want het businessmodel veranderde niet. Maar vandaag de dag concurreren bedrijven op het innoveren van hun businessmodel, dus wil je een aantal zaken die in het verleden hebben gewerkt juist niet overdragen aan de nieuwe generatie. Daar moet je bij stilstaan.’
(In de februari editie van Managementboek Magazine kunt u een uitgebreid interview met Hans Strikwerda lezen, over zijn nieuwste boek.’
Over Hans van der Klis
Hans van der Klis is freelance journalist. Hij schrijft regelmatig artikelen voor Managementboek.