Een wandeltocht van een ruime twee maanden met als grote uitdaging de gewone wegen en bewoonde wereld zoveel mogelijk te vermijden. Voorbij Tours naar het noordwesten een bijna onmogelijke opgave. Een landschap plat, begrenst en overzichtelijk. Daarvoor bergen en heuvelachtig, verlaten. Tesson wandelt met kaarten met eeuwenoude paden en zoekt in het huidige landschap naar overwoekerde aanwijzingen om zijn weg te kunnen vervolgen.
‘Die tracés van sterretjes en die spikkellijntjes waren landweggetjes, herdersroutes die in het kadaster waren vastgelegd, toegangswegen voor Staatsbosbeheer, bosrandlaantjes, Romeinse viae die nauwelijks meer werden onderhouden, soms op particulier grondgebied, vaal alleen nog benut door dieren. De hele kaart was dooraderd met zulke weggetjes. Het waren mijn ongebaande paden. Ze boden een veilig heenkomen, ze waren vergeten, het was er stil, je kwam er niemand tegen en soms werden ze door het struikgewas aan het zicht onttrokken. Er zijn mensen die hopen de geschiedenis in te gaan. Ik behoor tot de weinigen die liever opgaan in het landschap.’
Hij slaapt afwisselend in de open lucht, beschut in een grot, in boerderijen en soms in een klein hotel. Tesson heeft zich deze wandeltocht ten doel gesteld na het herstel van een zwaar ongeval dat hem op de rand van de dood bracht. Hij bewandelde grote delen van de aarde, maar nauwelijks in zijn geboorteland Frankrijk. Het blijkt een rijk land met veel verborgen schatten.
Een mooi, kalmerend boek waar je even van stil gaat staan. Zou dat in Nederland ook kunnen? Of is ons land al zo ingedeeld en verkaveld dat dit onmogelijk is geworden?
Over Bertrand Weegenaar
Bertrand Weegenaar is als hogeschooldocent HBO-ICT werkzaam op Windesheim. Zijn voorliefde ligt bij de onderwerpen strategie, marketing, geschiedenis; biografieën en internet; e-business.