De afkorting KAM in de titel staat voor kwaliteit, arbo en milieu. Door nieuwe wet- en regelgeving heeft de aandacht hiervoor de afgelopen decennia een enorme vlucht genomen. Het resultaat is een forse hoeveelheid normen met een bijbehorende certificeringindustrie.
Hier zit dan ook de pijn, zoals de auteurs in het begin van het boek onomwonden aangeven. Ondanks alle inspanningen om kwaliteit, arbo en milieu in managementsystemen te beheersen blijft een zichtbare bijdrage aan betere resultaten veelal uit. Enthousiasme van managers en professionals voor dergelijke systemen is dan ook ver te zoeken. Het is vaak vooral een papieren exercitie, die vanwege het verkrijgen van het certificaat verplicht moet worden uitgevoerd.
De missie van 'KAM-management in de praktijk' is daarom zeer verheugend: laten we al die elkaar overlappende managementsystemen voor kwaliteit, arbo, milieu nu eens integreren in één aanpak. Ofwel, één verzameling werkafspraken vastleggen en benutten. Dit om zowel te kunnen voldoen aan alle wettelijke eisen als aan de verwachtingen van klanten en andere betrokkenen.
Vanuit deze missie is het boek logisch opgebouwd. Kwaliteit, arbo en milieu worden beknopt geïntroduceerd, inclusief de belangrijkste normen. Dan volgen acht principes voor een goed managementsysteem en vijf stappen om tot een integrale aanpak te komen. Voor- en nadelen worden Cruijffiaans besproken; de meeste voordelen blijken ook nadelen te zijn.
Ten slotte geven de auteurs tien succesfactoren voor de implementatie van een KAM-management systeem. Tsja, en dan sta je toch nog steeds in dat dichte woud van eisen en regels. Hoe nu verder? In het boek wordt een aantal maal duidelijk aangegeven dat bijvoorbeeld organisatiecultuur, draagvlak, betrekken van medewerkers en communicatie essentieel zijn. Alleen dan kan een integraal managementsysteem ontstaan dat enthousiasme wekt, gebuikt wordt en tot resultaten leidt. Maar hoe doe je dat?
Vanuit de praktijk wil ik juist weten hoe ik de voor integratie benodigde organisatiecultuur kan vormen. Of, waarschijnlijk effectiever, hoe het KAM-systeem zó kan worden ingericht dat het past bij de heersende organisatiecultuur. Tips als de dikte van het handboek zoveel mogelijk beperken en alleen formulieren opnemen die in regulier overleg daadwerkelijk aan de orde komen, zijn zeker nuttig, maar niet genoeg.
Wat zijn nu mijn conclusies over 'KAM-management in de praktijk'? Het behandelt een zeer herkenbaar en actueel onderwerp; het integreren van los van elkaar ontwikkelde managementsystemen. Daarnaast geeft het, zeker voor de beginnende KAM-manager, veel nuttige informatie om direct mee aan de slag te gaan. Echter op de bekende wijze, die dus waarschijnlijk ook weer tot de besproken resultaten leidt.
Een eventuele herziene druk wint dus enorm aan waarde door explicieter en meer aandacht te besteden aan de organisatiekant van de integratie van managementsystemen. Met als belangrijkste aandachtpunt hoe managers en professionals écht enthousiast worden om systemen voor kwaliteit, arbo en milieu niet alleen te integreren, maar ook nog eens te benutten. En natuurlijk waar dat in relatie tot de organisatiedoelstellingen toe leidt. Dan loop ik vrolijk het dichte woud van wetten en regels uit.
Over Martin van Staveren
Martin van Staveren is adviseur, auteur, docent en spreker. Hij ontwikkelde het gedachtegoed voor risicoleiderschap. Met zijn bureau VSRM helpt hij organisaties doelgericht om te gaan met risico’s én kansen in complexe situaties. Hij is auteur van Risicogestuurd werken (2015), Risicoleiderschap (2018), Iedereen Risicoleider (2020) en Risicodialoog (2023).