Hoe komt het dat de resultaten zo teleurstellend zijn en hoe zorgen we ervoor dat de inspanningen wel de gewenste effecten hebben? Vragen die in actualiteit alleen maar zullen toenemen de komende jaren. Onze maatschappij wordt steeds complexer en internationaler. Meer partijen zijn noodgedwongen van elkaar afhankelijk en zullen hun acties op elkaar moeten afstemmen. De gevolgen van verkeerde beslissingen lijken hiermee ook alleen maar groter te worden. ICT neemt ondertussen een steeds belangrijkere plek in, want die koppelt partijen en transacties snel en transparant aan elkaar. De recente kredietcrisis lijkt een logisch gevolg van deze mogelijk giftige mix aan ingrediënten: meer partijen, meer onderlinge vervlechting, snellere acties en reacties, koppeling door complexe ICT-systemen, geen sturing vanuit het grotere geheel of de keten maar sturing alleen vanuit de individuele belangen. Eindelijk een boek waarin de in jarenlange studie en praktijkonderzoek opgebouwde materie over de ketenaanpak van Grijpink overzichtelijk bij elkaar staat. De aanpak is innovatief en staat daarmee op eenzame hoogte. Met name het analyse-instrumentarium is behoorlijk ver en diepgaand uitgewerkt en ook is inmiddels een flink aantal studies en onderzoeken beschikbaar die meer zicht geven op het ketenlandschap van Nederland. Maar er zijn ook wat kanttekeningen te plaatsen. Om te beginnen is de aanpak van Grijpink streng tot zeer streng. In nagenoeg alle praktisch onderzochte gevallen blijkt het toetsingskader van Grijpink uit te wijzen dat niet is voldaan aan nut en noodzaak van een ketenoplossing. Dit verklaart meteen het mislukken van grootschalige ICT-projecten. Maar naast het toetsingskader is er ook een zogenaamd sturingskader. Het toetsingskader bepaalt of we de goede dingen doen, het sturingskader bepaalt dat we de dingen goed doen. Daar waar het toetsingskader van Grijpink wat pessimistisch van aard is, geeft het sturingskader juist veel praktische richtlijnen aan beleidsmakers en adviseurs om ICT-projecten een grotere kans van slagen te geven. Een tweede kanttekening bij de Grijpink-aanpak is dat we hier te maken hebben met een complexe benadering. Ik zie de grote consultancyfirma's van Nederland nog niet zo snel met deze aanpak de boer op gaan. En hoe is het gesteld met de andere kant van de tafel, met de opdrachtgevers? Dat vastgelopen project onder zware politieke druk moet toch gewoon worden vlotgetrokken? Ik zie de doorwrochte benadering van Grijpink als een welkom en noodzakelijk tegengeluid in een wereld met een overvloed aan stoere 'vlottrekkers'. En om op de kredietcrisis terug te komen: daar gaat dit boek helaas niet over. Toch zou het mij niet verbazen als de kracht van de ketenanalyse van Grijpink ook hier nieuwe en waardevolle inzichten zou genereren.
Over Rudy van Stratum
Dr. Rudy van Stratum is directeur van Stratum Strategie, www.stratumstrategie.nl. Hij is auteur van 'Nix is wat het lijkt' (Eburon 2001) en 'Alles mag als het maar kwaliteit heeft' (Etin Adviseurs 2000).