

Matthias Borgers (1973) is na afronding van zijn rechtenstudie aan de Universiteit Maastricht in 1996 als onderzoeker-in-opleiding gaan werken bij de Katholieke Universiteit Brabant (nu: Universiteit van Tilburg).
Meer over Matthias BorgersBij nader inzien
Afscheidsrede Vrije Universiteit Amsterdam 22 januari 2016
Paperback Nederlands 2016 1e druk 9789013136692Samenvatting
De wetgever schept rechtsregels door wetten te maken. Wanneer wettelijke regels moeten worden uitgelegd en toegepast, houdt de rechter rekening met de toelichting die de wetgever heeft gegeven ten tijde van de totstandkoming van een wet.
Het gebeurt regelmatig dat die wetgever op enig moment de betekenis van rechtsregels wil veranderen, omdat nieuwe ontwikkelingen of nieuwe inzichten een nuancering of een verruiming van de bestaande regels nodig maken. Meestal kiest de wetgever er dan voor om de wet te wijzigen. Maar het komt ook voor dat de wetgever, zonder de wet te wijzigen, zich uitlaat over de (gewenste) betekenis die voortaan aan reeds bestaande wettelijke voorschriften moet worden gegeven.
De vraag rijst welke status dergelijke uitlatingen hebben. Is de rechter daaraan gebonden? Of kan hij deze nieuwe uitleg naast zich neerleggen omdat de wetgever geen invloed meer heeft op wettelijke voorschriften nadat die tot stand zijn gebracht? In de juridische literatuur bestaat nog nauwelijks aandacht voor de vraag naar de betekenis van uitlatingen van de wetgever over de betekenis van wettelijke voorschriften, nadat deze tot stand zijn gebracht.
In zijn afscheidsrede verkent Matthias Borgers hoe die vraag zou kunnen en moeten worden beantwoord.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
U kunt van deze inhoudsopgave een PDF downloaden
2 Een voorbeeld en het plan van behandeling
3 Uitlatingen omtrent bestaande wettelijke bepalingen
3.1 Een eerste oriëntatie
3.2 Een nadere verkenning
4 Rechtspraak over uitlatingen omtrent bestaande wettelijke bepalingen
4.1 Het standpunt van de Hoge Raad
4.2 Een algemeen principe
4.3 Relativering van het algemene principe
5 Tussenstand: rechterlijke interpretatie en de wil van de wetgever
6 Bijsturing door de wetgever
6.1 De soms beperkte sturingsmogelijkheden van de wetgever
6.2 Communicatie tussen wetgever en rechter
7 Afronding: de interactie tussen wetgever en rechter
Anderen die dit boek kochten, kochten ook
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan