Prof.mr. C. Kelk is hoogleraar strafrecht en penitentiair recht aan de Universiteit Utrecht.
Meer over Constantijn KelkStudieboek materieel strafrecht
Paperback Nederlands 2023 8e druk 9789013168716Samenvatting
Deze uitgave over het materieel strafrecht geeft een grondige duiding van het in Nederland geldende materiële strafrecht en sanctierecht. Je maakt kennis met zowel de grondslagen als de laatste relevante actuele ontwikkelingen. Dankzij de vele illustratieve voorbeelden uit de rechtspraak maak je jezelf de stof vlug eigen.
Studieboek materieel strafrecht biedt een grondige en tegelijkertijd toegankelijke inleiding voor (gevorderde) studenten in de rechten. Het studieboek helpt hen de belangrijkste leerstukken van het strafrecht te bemeesteren.
De eerste twee hoofdstukken leggen de fundering van het materieel strafrecht. Je maakt hierin kennis met de kernbegrippen rond de strafbaarheid van daad en dader, het slachtoffer, strafrechtstheorieën, de verhouding van het strafrecht tot het (punitief) bestuursrecht, en de Nederlandse en Europese strafrechtelijke ontwikkelingen.
In de volgende tien hoofdstukken krijg je grondig inzicht in het legaliteitsbeginsel en de interpretatiemethoden, wederrechtelijkheid, causaliteit, opzet en schuld, strafuitsluitingsgronden, poging en voorbereiding, deelneming, de strafbare rechtspersoon, de sancties, de straftoemeting en de straftenuitvoerlegging.
Actueel materieel strafrecht
De 8e editie van dit langlopende studieboek is integraal herzien. Met de heldere opbouw en hoofdlijnen van de vorige edities intact, is de inhoud grondig bijgewerkt naar de sinds de vorige druk in werking getreden wetgeving en verschenen rechtspraak en literatuur. De rijke diversiteit aan rechterlijke uitspraken en praktijkvoorbeelden verlevendigen de beschouwingen. Ze helpen de student om zich de stof snel eigen te maken. De heldere stijl en inzichtelijke compositie maken de titel tevens geschikt voor iedereen die in bredere zin betrokken is bij de strafrechtspraktijk of daarin geïnteresseerd is.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Gebruikte afkortingen xv
Hoofdstuk 1
Essentialia en achtergronden van het Nederlandse strafrecht 1
1.1 Wat is strafrecht? 1
1.2 De geest van ons Wetboek van Strafrecht 5
1.3 Het ultimum remedium-karakter van het strafrecht 8
1.4 Rechts- en wetsdelicten; misdrijven en overtredingen 12
1.5 Het strafrecht en de materiële normen 14
1.6 De door het strafrecht beschermde rechtsgoederen 16
1.7 De verschillende richtingen en hun rechtvaardiging van het strafrecht 17
1.7.1 Subjectieve opvattingen liggen in de aard van het strafrecht besloten 17
1.7.2 De absolute vergeldingstheorieën 19
1.7.3 De Klassieke Richting 20
1.7.4 De relatieve of doeltheorieën 21
1.7.5 De Moderne richting en de IKV 22
1.7.6 De verenigingstheorie, dominant in onze strafrechtscultuur 25
1.8 Het naoorlogse strafrecht: paternalistisch-humaan 27
1.8.1 De Utrechtse School met W.P.J. Pompe als voorman 29
1.8.2 De School van M.P. Vrij 33
1.8.3 Juridisering en welzijn (1970-1980) 35
1.9 Nieuwere ontwikkelingen 37
1.9.1 Het slachtoffer in het strafrecht 37
1.9.2 Verzakelijking, neo-vergelding, veiligheid en terrorismebestrijding 40
1.9.3 Het bestuursstrafrecht 44
1.9.4 Europees strafrecht 48
Hoofdstuk 2
Het strafbare feit en de strafbare dader 55
2.1 Verschillende dimensies van het begrip strafbaar feit 55
2.2 De bestanddelen van het wettelijk omschreven delict 57
2.2.1 De gedraging; typen delictsomschrijvingen 57
2.2.2 De omstandigheden van de gedraging 59
2.2.3 De bijkomende voorwaarde van strafbaarheid 61
2.3 Art. 350 Sv 62
2.3.1 De vier vragen van art. 350 Sv 62
2.3.2 De eerste vraag 64
2.3.3 De tweede vraag 67
2.3.4 De derde vraag 68
2.3.5 De vierde vraag 69
2.4 Het daderschap 69
2.4.1 De qua daderschap onduidelijke delictsomschrijving 70
2.4.2 Andere wettelijke bepalingen en het daderschap 71
2.4.3 De strafrechtsdogmatiek en het daderschap 72
2.5 Meer strafbare feiten 73
2.5.1 Samenloop van strafbare feiten 73
2.5.2 Samenloop en de ne bis in idem-regel (art. 68 Sr) 77
2.5.3 Recidive 84
2.6 De vervolgingsuitsluitingsgronden 86
2.6.1 De wettelijke voorwaarden voor vervolgbaarheid 86
2.6.2 De toepasselijkheid van de Nederlandse strafwet in verband met de locus delicti: de regeling van de rechtsmacht 87
2.6.3 De regel van ne bis in idem (art. 68 Sr) 88
2.6.4 Enige andere wettelijke voorwaarden voor vervolgbaarheid 89
2.6.5 Beginselen van behoorlijk procesrecht 90
Hoofdstuk 3
Het legaliteitsbeginsel 91
3.1 Materieelrechtelijke en strafvorderlijke legaliteit 91
3.2 De achtergronden van het legaliteitsbeginsel en de rechtsstaat 94
3.3 De concrete betekenis van het legaliteitsbeginsel in ons materiële strafrecht 102
3.3.1 Duidelijk geformuleerde delictsomschrijvingen (lex certa) 103
3.3.2 Gebondenheid van de rechter aan de tekst van de wet 109
3.3.3 Het verbod van analogische wetsinterpretatie 118
3.3.4 De gewoonte is geen directe bron van strafrecht (lex scripta) 129
3.3.5 Het verbod van terugwerkende kracht 131
3.3.6 De nulla poena-regel 141
3.3.7 De noodzaak de wet te kunnen kennen 142
3.4 Het legaliteitsbeginsel in onze samenleving 143
Hoofdstuk 4
De wederrechtelijkheid 149
4.1 Het begrip wederrechtelijkheid 149
4.2 Wederrechtelijkheid als wettelijk bestanddeel 153
4.2.1 Waarom is wederrechtelijkheid soms een delictsbestanddeel? 153
4.2.2 Twee opvattingen over de betekenis van het bestanddeel wederrechtelijk 154
4.2.3 De invulling van het bestanddeel wederrechtelijkheid in de rechtspraak bij verschillende soorten delicten 157
4.2.4 Wederrechtelijkheid als bestanddeel en beroepen op rechtvaardigingsgronden 162
4.3 Het ontbreken van de wederrechtelijkheid 163
4.3.1 Formele en materiële wederrechtelijkheid 163
4.3.2 De leer van de materiële wederrechtelijkheid 166
4.3.3 De leer van de sociale adequatie 175
4.3.4 Vrij’s leer van de subsocialiteit 179
4.3.5 De ‘creatieve interpretatie’ 180
4.4 Enkele erkende uitzonderingsgebieden 185
4.4.1 De instemming van de gelaedeerde 186
4.4.2 Het tuchtigingsrecht 190
4.4.3 De uitoefening van het beroepsrecht (onder andere inzake euthanasie) 193
4.5 Wederrechtelijk overheidsoptreden 198
Hoofdstuk 5
De causaliteit 201
5.1 Gevallen waarin de causaliteitsvraag zich kan voordoen 201
5.2 Het wezen van de causaliteitsvraag: wie is in dit geval de dader? 203
5.3 De leer van de conditio sine qua non 205
5.4 De causa proxima-theorie 208
5.5 De theorieën van de adequate veroorzaking 209
5.6 De leer van de redelijke toerekening 215
5.7 De betekenis van verschillende theorieën naast elkaar 228
Hoofdstuk 6
De schuld 231
6.1 Vijf verschillende betekenissen van schuld 231
6.2 Strafrechtelijke schuld en het klassieke uitgangspunt van de menselijke verantwoordelijkheid 236
6.3 De wettelijke schuldvormen: opzet en culpa 238
6.3.1 Terminologie: ‘schuldvormen’ en ‘schuld in enge zin’ 238
6.3.2 De normatieve bepaaldheid van opzet en onachtzaamheid 239
6.4 Het opzet: dolus 243
6.4.1 De draagwijdte van het opzetbegrip: geen motieven 243
6.4.2 De wijzen waarop de wet het opzetvereiste formuleert 245
6.4.3 De bestanddelen waarop het opzet gericht moet zijn 251
6.4.4 Het opzet is ‘kleurloos’ en niet ‘boos’ 253
6.4.5 De betekenis van opzet in drie schakeringen of gradaties 255
6.4.6 Het voorwaardelijk opzet: ontwikkeling en algemene lijnen 260
6.4.7 Casuïstische invulling van het voorwaardelijk opzet in de rechtspraak met betrekking tot verschillende delictscategorieën 268
6.4.8 Bestaanbaarheid van opzet bij drank- en drugsgebruik of bij geestelijke stoornis; dolus in causa? 280
6.4.9 Discrepanties tussen het opzet en de wijze waarop het delict zich verwerkelijkt 282
6.4.10 Pro parte doleuze, pro parte culpoze delicten 286
6.5 De schuld als grove onachtzaamheid: culpa 287
6.5.1 De betekenis van culpa in twee schakeringen of gradaties 287
6.5.2 De verhouding van de culpa tot het opzet 291
6.5.3 Inhoud en bewijsvoering van het bestanddeel culpa 292
6.5.4 De bij uitstek normatieve inhoudsbepaling van de culpa 298
6.5.5 De ratio van de strafbaarheid van culpa 304
6.5.6 De tenlastelegging van een culpoos misdrijf 308
6.5.7 Culpa en het beroep op het ontbreken van verwijtbaarheid 311
6.6 Slotopmerking: schuld omvat meer dan opzet of culpa 313
Hoofdstuk 7
De strafuitsluitingsgronden 315
7.1 Het systeem van de wet en de ontwikkeling in de dogmatiek 315
7.2 De ontoerekenbaarheid (art. 39 Sr) 319
7.2.1 Het begrip toerekenen 319
7.2.2 De ontoerekenbaarheid en de verminderde toerekenbaarheid 321
7.2.3 De beslissing des rechters omtrent de toerekenbaarheid 323
7.2.4 Mogelijke straffen en maatregelen; ontoerekenbaarheid als strafuitsluitingsgrond 330
7.2.5 Ontoerekenbaarheid en dolus/culpa in causa 334
7.3 De overmacht (art. 40 Sr) 335
7.3.1 De ontwikkeling van de overmacht 335
7.3.2 De psychische overmacht: algemene maatstaven 338
7.3.3 Enige typen van bijzondere gevallen waarin een beroep wordt gedaan op psychische overmacht 343
7.3.4 De noodtoestand 351
7.3.5 Overmacht en dolus/culpa in causa 356
7.3.6 Putatieve overmacht 358
7.4 De noodweer en het noodweerexces (art. 41 Sr) 359
7.4.1 De noodweer 359
7.4.2 Het noodweerexces 370
7.4.3 Noodweer(exces) en dolus/culpa in causa 376
7.4.4 Putatieve noodweer/putatief noodweerexces 379
7.5 Het wettelijk voorschrift (art. 42 Sr) 379
7.6 Het ambtelijk bevel en het onbevoegd gegeven ambtelijk bevel (art. 43 Sr) 382
7.6.1 Het bevoegd gegeven ambtelijk bevel 382
7.6.2 Het onbevoegd gegeven ambtelijk bevel 383
7.7 De afwezigheid van alle schuld (avas) 384
7.7.1 Overtredingen en de leer van het ‘fait materiel’ 384
7.7.2 Dwaling ten aanzien van de feiten (error facti) 387
7.7.3 Rechtsdwaling (error iuris) 389
7.7.4 Restgevallen 392
7.7.5 De ‘overkoepelende’ plaats van de avas 393
7.7.6 Het rechtstheoretisch schema van Langemeijer 395
7.8 Wettelijke, buitenwettelijke en ‘pure’ strafuitsluitingsgronden 396
Hoofdstuk 8
Poging en voorbereiding 399
8.1 Onvoltooide delictsvormen 399
8.2 De strafbare poging 399
8.2.1 Voorwaarden voor een strafbare poging 399
8.2.2 Gevallen waarin poging uitgesloten of problematisch is 402
8.2.3 De tenlastelegging van strafbare poging 405
8.2.4 Het voornemen van de dader 406
8.2.5 Het begin van uitvoering: de objectieve en de subjectieve pogingsleer 409
8.2.6 Het begin van uitvoering: de jurisprudentie van de Hoge Raad 411
8.2.7 De absoluut ondeugdelijke poging en de relatief ondeugdelijke poging 418
8.2.8 Mangel am Tatbestand en putatief delict 422
8.2.9 Poging tot deelneming 423
8.3 Strafbare voorbereiding 424
8.3.1 Collectieve voorbereiding 424
8.3.2 De algemene strafbaarstelling van individuele voorbereidingshandelingen in art. 46 Sr 428
8.3.3 Enige bijzondere strafbaarstellingen van individuele voorbereidingshandelingen 434
8.4 De vrijwillige terugtred 438
Hoofdstuk 9
De deelneming 445
9.1 De deelnemingsvormen naast plegen: daderschap en medeplichtigheid 445
9.2 Doen plegen 447
9.2.1 De straffeloosheid van de uitvoerder 447
9.2.2 Dubbel opzet 451
9.2.3 Het doen plegen van een culpoos misdrijf 452
9.3 Uitlokking 452
9.3.1 De voorwaarden voor uitlokking en de verschillen met doen plegen 452
9.3.2 Het (dubbel) opzet van de uitlokker en uitlokking tot culpoze misdrijven 456
9.3.3 De strafrechtelijke aansprakelijkheid van de uitlokker 457
9.4 Medeplegen 460
9.4.1 Vormen van en voorwaarden voor medeplegen 460
9.4.2 De objectieve zijde: nauwe samenwerking 462
9.4.3 De subjectieve zijde: bewuste samenwerking 470
9.4.4 Medeplegen van een culpoos misdrijf 473
9.4.5 Plegen in vereniging of met twee of meer verenigde personen 474
9.4.6 ‘Noodzakelijke’ deelneming 476
9.5 Medeplichtigheid 477
9.5.1 Verschillende typen medeplichtigheid en hun vereisten 477
9.5.2 De medeplichtigheid (als gelijktijdige hulpverlening) bij het misdrijf 481
9.5.3 De (voorafgaande) medeplichtigheid tot het misdrijf 484
9.5.4 De aansprakelijkheid van de medeplichtige 485
9.6 Deelneming aan deelneming 486
9.7 De meervoudige deelneming 488
9.8 Poging tot deelneming 489
9.9 Het kenmerkende van de deelnemingsvormen 492
Hoofdstuk 10
De strafbaarheid van de rechtspersoon 495
10.1 De abstrahering van het fysieke daderschap: functioneel daderschap 495
10.2 De strafbaarheid van de rechtspersoon 502
10.2.1 Bezwaren 502
10.2.2 Het begrip ‘rechtspersoon’ en de huidige regeling 504
10.2.3 Theorieën en rechtspraak over het daderschap van de rechtspersoon 506
10.2.4 Opzet en schuld van de rechtspersoon 514
10.2.5 Het beroep van de rechtspersoon op strafuitsluitingsgronden 518
10.3 De strafbaarheid van de feitelijke leidinggevers en opdrachtgevers 519
10.4 De strafbaarheid van de publiekrechtelijke rechtspersoon 525
Hoofdstuk 11
De strafrechtelijke sancties en de straftoemeting 535
11.1 Het vertrouwen in de rechter 535
11.2 Het stelsel van sancties: straffen en maatregelen 537
11.2.1 De straffen 537
11.2.2 De maatregelen 544
11.2.3 De voorwaardelijke veroordeling 554
11.3 Het raamwerk van straftoemetingsregels 556
11.4 Geïndividualiseerde straftoemeting 560
11.4.1 De straftoemetingsschuld 560
11.4.2 De ernst van het feit 562
11.4.3 De persoon van de dader 563
11.4.4 De strafdoelen 565
11.5 Gedachten over nadere normering van de straftoemeting 567
11.6 Het gelijkheidsbeginsel 570
11.6.1 Huidige ontwikkelingen: beleid georiënteerd op gelijkheid 570
11.6.2 Verschillende typen vragen van (on)gelijkheid 571
11.6.3 Straftoemetingsrichtlijnen 573
11.6.4 Overleg binnen de rechterlijke macht: naar een consistentere straftoemeting 574
11.7 Andere referentiekaders voor de rechter bij de straftoemeting 575
11.7.1 Strafbeïnvloedende, verzachtende en verzwarende omstandigheden 575
11.7.2 Voeging ad informandum 578
11.7.3 De executiewerkelijkheid 579
11.7.4 De strafeis van het OM in het requisitoir 581
11.8 Het jeugdstrafrecht en het strafrecht voor adolescenten 582
Hoofdstuk 12
De tenuitvoerlegging van strafrechtelijke sancties 591
12.1 De verschillende dimensies van het executierecht 591
12.2 De vrijheidsstraf en de voorlopige hechtenis 595
12.2.1 Korte geschiedenis van de vrijheidsbeneming als straf 595
12.2.2 De PBW en de beginselen voor de tenuitvoerlegging van de straf 600
12.2.3 Gevangenissen en huizen van bewaring 603
12.2.4 De rechtspositie van de gedetineerde 612
12.3 De terbeschikkingstelling (tbs) 627
12.3.1 De verschillende versies van de tbs en de tbs-inrichtingen 627
12.3.2 De verlenging en (voorwaardelijke) beëindiging van de tbs 630
12.3.3 De interne rechtspositie van de tbs-gestelde 634
12.4 De taakstraffen en de positie van de reclassering 639
12.5 De vermogenssancties 642
12.6 Gratie 643
Literatuur 649
Jurisprudentieregister 671
Trefwoordenregister 691
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan