Taleb noemt zijn levenswerk Incerto, dat ‘onzeker’ betekent. Zijn Incerto-project is een persoonlijke zoektocht naar de aard van en omgang met onzekerheid, toeval, risico en besluitvorming. Dit alles in een ongrijpbare wereld die we denken te kunnen begrijpen. Zijn diepgaande verkenningen hebben in vijftien jaar vijf intrigerende boeken opgeleverd. Taleb schrijft onnavolgbaar: diepzinnig en praktijkgericht, bij vlagen nauwelijks te begrijpen, af en toe hilarisch. Niet zelden roept zijn zwart-wit denken irritaties op. Soms omdat hij eigenlijk gelijk heeft, terwijl je dat liever niet wilt toegeven. Soms omdat hij zichzelf tegenspreekt, waarschijnlijk door zijn paradoxale liefde voor zowel logica als intuïtie.
Talebs Incerto-oeuvre is zowel interessant als confronterend voor iedereen die succesvol wil worden, zijn of blijven in een VUCA-omgeving. Zijn heldere, soms bloedrode lijn is die van de hoogmoed van de mens. Wij mensen blijken telkens weer niet goed in staat om de essenties en werking van toeval en onzekerheid te zien, laat staan er effectief mee om te gaan. Een precaire situatie, die met alle snelle technologische ontwikkelingen, daarmee samenhangende complexiteit en bijbehorende schaalvergroting eerder toeneemt, dan afneemt.
Taleb in vogelvlucht
Talebs fundamentele zoektocht naar onzekerheid begint met Misleid door toeval dat stamt uit 2004. Dit eerste boek in de Incerto-serie gaat over het feit dat we toeval nogal eens verwarren met onze eigen competenties. Succes blijkt lang niet altijd het gevolg van onze vermeende vaardigheden. Was dat maar zo.
In 2007 breekt Taleb wereldwijd door met De Zware Zwaan. Deze fascinerende vogel is inmiddels de metafoor voor een risico met een enorme impact dat (vrijwel) niemand zag aankomen én pas achteraf goed is te verklaren. Veelal is de impact van zo’n zwarte zwaan-gebeurtenis negatief, in de vorm van veel schade, slachtoffers en enorme extra kosten.
In 2010 verscheen Het Bed van Procrustes. Dit boek staat boordevol aforismen, korte bondige uitspraken met typische Taleb-wijsheden. De titel is ontleend aan de mythologische figuur Procrustes, een antiek heerschap met een hedendaagse afwijking, waarover straks meer.
In Antifragiel (‘Dingen die baat hebben bij wanorde’) uit 2013 maakt Taleb een fascinerende draai. In dit boek laat hij niet alleen zien dat je je kunt voorbereiden op zwarte zwaan-gebeurtenissen, je kunt er zelfs profijt van hebben. Want onzekerheden kunnen twee kanten op gaan: negatief en positief (in termen van effecten). Dit sluit naadloos aan op de hedendaagse, neutrale risicodefinitie: risico is het effect van onzekerheid op een doel. Beschouw ‘doel’ hierbij in de meest brede betekenis van het woord: dat wat je nastreeft als individu, team, organisatie of maatschappij. Bij een negatief effect van een onzekere gebeurtenis hebben we het over een klassiek risico, bij een positief effect ontstaat er een kans, mogelijkheid of opportunity.
Vervolgens slaat Taleb in 2018 met Skin in the game (‘Verborgen asymmetrieën in het dagelijkse leven’) een opvallend ethische weg in. ‘Skin in de game’ hebben betekent namelijk dat je zélf de effecten ervaart van de onzekerheden, de risico’s en kansen die je met je activiteiten creëert. Met andere woorden: risico-eigenaarschap aanvaarden, met alle bijbehorende consequenties.
Al deze boeken zijn doorspekt met anekdotes uit de Griekse en Romeinse oudheid. Taleb geeft hiermee, naast zijn belezenheid, de tijdloosheid aan van de vraagstukken over effectief omgaan met onzekerheden, risico’s en kansen. De klassieken blijven ook in de VUCA-wereld actueel.
Antifragiel: voorbij de eenheidsworst
‘Antifragiel’ kunnen zijn, is misschien wel een van de meest opmerkelijke en waardevolle concepten uit het werk van Taleb. Dit is namelijk dé remedie voor het hanteren van zwarte zwaan gebeurtenissen. Een porseleinen theekopje is fragiel. Het is niet gebaat bij wanorde en schokken: laat het op de grond vallen en het is kapot. Een plastic campingbeker is robuust, die overleeft val na val van een campingtafel. Maar een antifragiele beker wordt juist sterker van schokken: hoe vaker je die laat vallen, hoe sterker de beker wordt. Tot op zekere hoogte zijn we zelf antifragiel: door de ‘schokken’ die we ons zelf bijvoorbeeld toedienen tijdens het sporten worden we sterker, gezonder, weerbaarder. De evolutie van het leven op onze aarde is het meest treffende voorbeeld van een antifragiel systeem.
De grote paradox van deze tijd is dat we met onze grote, complexe en hoogtechnologische systemen als mensheid juist steeds fragieler worden, in plaats van antifragieler. Denk aan het omvallen van één Amerikaanse bank die in 2008 het startschot bleek voor de financiële crisis. Iets dat jaren zou duren en volgens sommigen nog steeds niet over is (de collectieve schulden zijn nu aanzienlijk hoger dan voor de crisis). Denk ook aan cyberaanvallen die een haven platleggen, ons betalingsverkeer kunnen verlammen, of de energievoorziening kunnen ontregelen.
Om fragiliteit te beperken, en om antifragiliteit te ontwikkelen, biedt Taleb veel ogenschijnlijk eenvoudige oplossingen. Het zijn benaderingen die niets van doen hebben met nog meer technologie. Het gaat bijvoorbeeld om het organiseren van kleinschaligheid, om ‘too big too fail’ te vermijden. Kleinere organisatie-eenheden zijn namelijk veel beter in staat om snel op onvoorspelbare veranderingen in te spelen en om daar de vruchten van te plukken.
Wat hier mee samenhangt, is veel meer variatie toelaten, als reactie op doorgeschoten standaardisatie. Taleb illustreert dit aan de hand van de mythologische figuur Procrustes. Dit was een zeer gastvrije herbergier met één nogal moderne afwijking: elke gast moest exact in zijn bed passen. Dit had vergaande consequenties: te korte gasten werden uitgerekt en bij te lange gasten werd een stuk van de ledematen afgezaagd. Met vaak de dood als gevolg. Herkenbaar? Hoeveel individuen, teams en afdelingen moeten zich niet dagelijks, koste wat het kost, aanpassen aan bijvoorbeeld één heilig risicomanagementsysteem? Dit in plaats van het omgekeerde. Met als resultaat: ‘Risicomanagement? Dat leeft niet bij ons.’
Codex Hammurabi
In Skin in the game confronteert Taleb ons stevig met wat ik beschouw als het huidige risicoverantwoordelijkheidsvacuüm: de verantwoordelijkheid voor risico’s is niet helder, of wordt niet aan den lijve gevoeld. Dit leidt tot vrijblijvendheid: risico’s kunnen eenzijdig worden genomen zonder zelf ‘skin in the game’ te hebben. Voorbeelden te over. Neem het gebrek aan risico-eigenaarschap in de witwas-affaire bij ING (2018). Of het soortgelijke gebrek bij de ingestorte parkeergarage op Eindhoven Airport (2017). Dit is niet verzonnen. Het volgt luid en duidelijk uit het feitenrelaas van het Openbaar Ministerie en het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid over deze opgetreden risico’s.
In het verleden wist men hier wel raad mee. Risico-eigenaarschap werd al 3700 jaar geleden wettelijk geregeld. Ene Hammurabi was destijds de zesde koning van Babylonië en kan worden beschouwd als een van de eerste juristen. Hij liet maar liefst 282 wetsartikelen in een groot stuk steen beitelen: de Codex Hammurabi. Waaronder deze over risico-eigenaarschap: ‘Een bouwer die een huis bouwt dat instort en de dood van de huiseigenaar veroorzaakt, wordt ter dood gebracht.’ Gelukkig zijn er bij de instorting op Eindhoven Airport geen slachtoffers gevallen. De onderliggende boodschap is nog springlevend: niet alleen de lusten maar ook de lasten van onzekerheden manmoedig dragen, al hoeft dat natuurlijk niet letterlijk.
De lessen van Taleb
Taleb leert ons dat toeval een veel grotere rol speelt dan we graag zouden zien. Hij leert ons dat we continu streven naar een stabiele, gemiddelde, en voorspelbare wereld (Mediocristan), maar dat in de werkelijke wereld (Extremistan) een zwarte zwaan de boel zo nu en dan stevig opschudt. Taleb leert ons dat we tevergeefs de neiging hebben om dit met grootschalige bureaucratie, eenvormigheid en technologie te lijf te gaan, terwijl juist het omgekeerde oplossingen biedt. Maak meer gebruik van op ervaringen gebaseerde vuistregels, heuristieken, in plaats van theorieën of nietszeggende ‘big data’. Dergelijke inzichten zijn niet nieuw, we zijn ze alleen ergens tijdens de ‘vooruitgang’ kwijtgeraakt.
Taleb leert ook dat onzekerheid met de bijbehorende schokken ons helemaal niet hoeft te verzwakken. We kunnen er sterker uitkomen. Misschien niet altijd als individu, wel als collectief. De evolutie bewijst dit al miljoenen jaren. Vooral leert Taleb ons om eindelijk eens volwassen te worden, om de realiteit van onzekerheid en toeval te zien, te accepteren. Om zo de consequenties van aangegane risico’s moedig te dragen, in plaats van ze af te schuiven op anderen, vaak minder draagkrachtigen of zwakkeren.
Overigens doceert Taleb lang niet altijd even vriendelijk. Hij haalt meedogenloos uit naar economen en andere soorten ‘fragilistas’. Zo typeert hij iedereen die denkt te weten hoe het zit en daarmee, naast persoonlijk gewin, vooral fragiliteit voor anderen veroorzaakt. Dualisme heerst in zijn boeken: het is goed of het is fout. Het is hem vergeven. Taleb geeft ons immers talloze vuistregels om te ontsnappen aan een VUCA-wereld die ons meer in z’n greep houdt dan we vaak zouden willen.
Wie is Nassim Nicholas Taleb?
De Amerikaans–Libanese Nassim Nicholas Taleb (1960) komt uit een prominente Grieks-orthodoxe familie. Hij groeide op in Amioun, Noord-Libanon, tijdens de Libanese burgeroorlog. Op zijn vijftiende verloor zijn familie al haar rijkdom. Deze jeugdervaringen hebben zijn denken over onzekerheden, risico’s en kansen onmiskenbaar gevormd. Taleb studeerde in Frankrijk en de Verenigde Staten. Vervolgens werkte hij twintig jaar lang voor een aantal grote financiële instellingen. Daarna richtte hij zich volledig op onderzoek en schrijven, waarbij hij jarenlang een teruggetrokken leven leidde. Momenteel is hij Distinguished Professor of Risk Engineering aan de New York University. Op zijn Twitteraccount presenteert Taleb zich als flaneur met focus op waarschijnlijkheid, vanuit filosofie, wiskunde, logica, het echte leven en dode talen.
Dr. Martin van Staveren, de auteur van dit artikel, staat voor anders omgaan met risico’s. Hij adviseert organisaties over realistisch en vernieuwend risicomanagement. Ook is hij kerndocent aan de Executive Masteropleiding Risicomanagement, Universiteit Twente. Hij is de auteur van Risicogestuurd werken in de praktijk en van Risicoleiderschap: Doelgericht omgaan met onzekerheden.
Over Martin van Staveren
Martin van Staveren is adviseur, auteur, docent en spreker. Hij ontwikkelde het gedachtegoed voor risicoleiderschap. Met zijn bureau VSRM helpt hij organisaties doelgericht om te gaan met risico’s én kansen in complexe situaties. Eerder schreef hij onder andere Risicogestuurd werken (2015), Risicoleiderschap (2018) en Iedereen Risicoleider (2020).