Wat zijn uw belangrijkste ontdekkingen?
Ik laat zien dat Paul een goede neus had voor zakelijke deals. Daaraan is het onder meer te danken dat, tussen zijn aantreden als president-directeur in 1984 en zijn aftreden als president-commissaris in 2005, het familiebedrijf SHV een nog groter succes werd dan het al was. Maar belangrijker vind ik dat ik in mijn boek het enorme relatienetwerk van de familie blootleg. Dat netwerk vormt de basis van hun macht. De fundamenten ervan zijn gelegd door opa Frits, vader Jan heeft er op voortgebouwd en Paul heeft het geïnternationaliseerd. Tot dusverre was bijvoorbeeld niet bekend dat de familie in de jaren vijftig heeft deelgenomen in een landgoed dat Prins Bernard in het toenmalige Tanganyika (nu Tanzania) had gekocht. De kosten groeiden de prins boven het hoofd, waarna hij vermogende Nederlandse ‘vrinden’ vroeg er in te investeren. Uiteindelijk is dat landgoed nooit een succes geworden en is het in 1970 geschonken aan Tanzania. Voor de familie was het belangrijker dat ze, door Bernhard de helpende hand te bieden, hem verder inkapselden in hun netwerk. Bernhard is nog even commissaris van SHV geweest. Maar commissaris zijn bij een familiebedrijf is toch iets anders dan bij ‘nationale’ ondernemingen als Fokker, Hoogovens of KLM. Dus werd de prins in 1959 door de politiek gedwongen zijn functie bij SHV neer te leggen. Niettemin was en is de band tussen de Oranjes en de Fentener van Vlissingens hecht. In Baarn zaten ze bij elkaar op school. De prinsesjes speelden op Rustenhoven, het landgoed in Maartensdijk waar Paul opgroeide. Veel later, toen hij een intercontinentale zeiltocht maakte, onderbrak Paul die reis om bij de begrafenis van Claus te zijn.
Nog meer nieuws?
Ja, bijvoorbeeld over de terugtrekking van Makro uit Zuid-Afrika na brandstichtingen door de terreurgroep Rara. Paul heeft deze episode regelmatig beschreven als ‘een van de meest traumatische gebeurtenissen bij SHV’. Vrijwel niemand weet echter dat hij bij de verkoop aan Wooltru een slim herenakkoord met deze koper sloot. Het akkoord gaf SHV het recht om bij gewijzigde omstandigheden opnieuw een belang te nemen in de Zuid-Afrikaanse Makro. Om te voorkomen dat SHV zou worden verweten dat het Wooltru als stroman gebruikte en dat het zich niet volledig uit Zuid-Afrika had teruggetrokken, werd de afspraak angstvallig verzwegen en nergens op papier gezet.
Paul overleed in 2006. De familie heeft geen medewerking aan deze biografie willen verlenen. Was dat niet lastig?
De familie is zo gesloten als een oester. Niettemin heb ik vele gesprekken kunnen voeren met mensen uit de omgeving van Paul. Daardoor kan ik, verspreid over het boek, een aantal nieuwtjes te melden. Zo doet de familie het graag voorkomen alsof Paul heel goed door één deur kon met zijn acht jaar oudere broer Frits, die tot 1984 aan het hoofd stond van SHV. Ik laat zien dat Paul, nota bene wanneer hij net van kanker is genezen, op sluwe wijze de macht grijpt. Paul vindt dat het niet goed loopt binnen het bedrijf. Een door Frits begonnen avontuur met olietankers gebruikt hij om zijn broer het laatste zetje te geven en zelf voorzitter te worden. Paul had beslist een punt, want onder zijn leiding is het vele malen beter gegaan met SHV dan toen Frits er de scepter zwaaide. Maar de manier waarop hij de macht heeft overgenomen verdient allerminst de schoonheidsprijs.
Dit wijkt nogal af van het beeld dat het grote publiek begin deze eeuw van hem kreeg. Paul liet zich toen bijvoorbeeld door televisiepresentator Rik Felderhof portretteren als een zachtaardige man. Ook zijn geschriften als Ondernemers zijn ezels stijgt het beeld op van een ethisch ondernemer.
Dat was een van de redenen om deze biografie te willen schrijven. Paul had een gepolijst imago. Een eenvoudige man, die zich niet laat voorstaan op zijn macht en rijkdom. Dat riep bij mij de vraag op: hoe kan een zachtaardige, ethische filosoof zich staande houden in een zakelijke omgeving? Hij week in alles af van de topmensen die ik normaal voor mijn werk interviewde. Dat zijn meestal eendimensionale mensen. Paul had veel lagen en was een charismatische persoonlijkheid. Ik werd er door gefascineerd en was in het begin zeker van hem onder de indruk.
Mij viel op dat hij, toen hij u ooit ontving op zijn kasteeltje in het Utrechtse Langbroek, u binnenliet via de keuken. Een treffende combinatie van rijkdom en eenvoud.
Bijzonder was dat er tijdens dat gesprek een oud mannetje thee en taart kwam brengen. ‘Dat is Piet,’ zei Paul. ‘Hij heeft op een onderzeeboot gewerkt. Pas maar op, hij kan in een fractie van een seconde je nek breken.’ Op die manier stelde hij Piet op een uiterst charmante manier voor, maar tegelijk maakte hij duidelijk dat er met hem niet te spotten viel.
Hoe bent u gaandeweg uw onderzoek en schrijfwerk over Paul gaan denken?
Ik blijf hem een fascinerende vent vinden en ik ben beslist niet op hem uitgekeken geraakt. Maar ik heb gaandeweg wel meer oog gekregen voor de mindere kanten van hem. Naast de zachte, charismatische en aardige man bestaat er ook een Paul met platte, agressieve en competitieve trekken. Het is afhankelijk van wie je spreekt, op welke van de twee kanten de nadruk wordt gelegd. Kenmerkend is misschien de tekst waarmee de familie kennis gaf van het overlijden van Frits en Paul, niet lang na elkaar in 2006. De familie herinnerde Frits zich als ‘eerlijk, sterk en recht door zee’. Dat vind ik warmer dan de kenschets van Paul als ‘een markante persoonlijkheid’.
Over Annegreet van Bergen
Annegreet van Bergen is econoom, auteur van de bestseller Gouden jaren en journalist.