Paul Polman en Andrew Winston houden in Netto positief een overtuigend pleidooi voor bedrijven als positieve kracht om wereldproblemen op te lossen. Hun basisvraag is even simpel als prikkelend: Is de wereld beter af omdat jouw organisatie bestaat? Dat is ook de motivatie van mijn eigen werk: daarom help ik organisaties met een positieve organisatiecultuur. Dat komt zowel de bedrijfsresultaten als de mensen (en al hun contacten) ten goede. Ik raad alle raden van bestuur en managementteams aan om Netto Positief te lezen.
Verantwoordelijkheid
Draagt je organisatie positief bij aan de levens van mensen en het milieu? Voor veel organisaties is het antwoord nee, of niet helemaal. En waarom zouden we, sputteren sommige van mijn opdrachtgevers. Omdat het bedrijfsleven verantwoordelijk is, zeggen Polman en Winston: ‘Wie de wereld kapot maakt moet ervoor betalen’. Neem dus verantwoordelijkheid voor je volledige impact - sterker nog: ga verder dan ‘netto nul’ (qua CO2- uitstoot) naar netto positief.
Floreren
Netto positieve organisaties richten zich niet op winst met een vleugje filantropie. Ze maken winst omdát ze bijdragen aan de wereld. Meer winst dan organisaties die op korte termijn hoog rendement voor aandeelhouders genereren en milieuschade, sociale ongelijkheid en andere schade externaliseren. Netto positieve organisaties hebben een lange termijn visie en floreren door de wereld te dienen - dus alle stakeholders.
Ongelijkheid destabiliseert
Overigens, zelfs als je niet wilt moet je ooit: meer dan de helft van het mondiale BBP is afhankelijk van natuurlijke hulpbronnen, arme mensen kopen geen producten, en ongelijkheid destabiliseert economieën. Klimaatverandering tegengaan en miljarden mensen uit de armoede helpen is een zakelijke kans. Bovendien geeft zo’n missie je medewerkers vleugels: bijna iedereen werkt harder voor een positieve bijdrage die verschil maakt dan voor een hogere beurskoers. En je klanten willen het ook! Die kopen liever bij een ‘goed en groen’ bedrijf.
Principes en praktijken
Maar hoe doe je het dan? Er is geen stappenplan, maar Polman en Winston laten in tien hoofdstukken de principes en praktijken zien. Met vele voorbeelden die bewijzen dat het kan en wat er (al) kan. Tenminste, als de top het wil. In mijn werk merk ik vaak dat leiderschapsontwikkeling nodig is: anders denken en doen. Winston en Polman: ‘Het begint met leiders die openstaan en luisteren en die met stakeholders willen samenwerken aan een groter doel. Het vraagt een nieuwe manier van denken om te leren van NGO's of critici, om te proberen het gedrag van consumenten te beïnvloeden, om overheidsbeleid te steunen dat duurzaamheid bevordert, om de nieuwste wetenschap te omarmen. Dat moet deel uitmaken van de normale bedrijfsvoering.’ Daarvoor heb je leiders nodig met empathie, moed en zinvolle doelen, die inspireren en het juiste doen, en die openstaan voor partnerschappen. Ook is het cruciaal dat medewerkers hun persoonlijke doelen verbinden aan het ‘waarom’ van het bedrijf.
Vijf principes van een netto positief bedrijf
- Neem verantwoordelijkheid voor je volledige impact
- Werk voor het langetermijnvoordeel van de samenleving
- Creëer positieve resultaten voor alle stakeholders
- Verbeter het rendement voor aandeelhouders als resultaat, niet als doel
- Omarm transformatieve partnerschappen die systeemverandering stimuleren
Unilever
De belangrijkste case in dit boek is Unilever. Drie weken na zijn aanstelling stopte Polman met de (korte termijn) kwartaalrapportages voor beleggers. Hij begon de enorme strategie-, structuur- en cultuurverandering naar een multistakeholder-model voor de lange termijn. Een kader van twee pagina’s, het Kompas, legde kort de missie, waarden, normen en cultuur vast. ‘Een bedrijf geleid door principes, binnen een kader, is effectiever dan een bedrijf dat wordt geleid door regels.’
Grensverleggende doelstellingen
Het Unilever Sustainable Living Plan (USLP) startte in 2010 met drie grensverleggende doelstellingen: een miljard mensen helpen hun gezondheid en welzijn te verbeteren, de milieuvoetafdruk halveren bij een verdubbeling van de omzet, en het levensonderhoud van honderdduizenden mensen verbeteren. Het dwong Unilever om systemisch te denken en intensief samen te werken met externe partners - niet alleen met leveranciers in de waardeketen, maar ook met concurrenten binnen de sector, overheden, ngo’s, critici, het maatschappelijk middenveld en organisaties van belanghebbenden. Zulk ‘outside-in’ denken is essentieel. Nodig critici uit, leer van hen. Wees open over de moeilijkste kwesties, zoals moderne slavernij en kinderarbeid. Oxfam concludeerde bijvoorbeeld dat Unilever adequaat beleid had, maar in de praktijk problemen. Daar hebben ze samen aan gewerkt. Dilemma’s en uitdagingen horen erbij.
Collectieve actie
Externe partnerschappen zijn essentieel. Klimaatverandering, pandemieën, ongelijkheid, biodiversiteit of cyberveiligheid houden zich niet aan grenzen en vereisen collectieve actie. Denk op lange termijn. Het kost een voedingsfabrikant geld om te voldoen aan richtlijnen om zout, vet en suiker in voeding te verminderen. Dat is kortetermijndenken. Zo’n investering kan zich terugbetalen door groeiende markten voor gezond voedsel.
Zie dus het positieve potentieel. We moeten samenwerken: bedrijven, instituties, burgers en overheden. Het komende decennium kunnen we onze wereld, markten en organisaties nog een positieve draai geven. Doe je mee? Begin met het lezen van Netto Positief.
Over Marcella Bremer
Marcella Bremer MScBA begeleidt organisaties en groepen met het ontwikkelen van een toekomstgerichte cultuur, toekomstscenario's, positieve doelen en helpt hen veranderen.
Ze is mede-oprichter van OCAI-online en Positive Culture Academy. Ze schreef boeken over organisatiecultuur, leiderschap en een roman over (klimaat)verandering: De Levenslijn.