Volgens Friedman biedt wat ‘Globalisering 3.0’ genoemd wordt mensen de weg om uit de armoede te klimmen. Zegeningen alom dus. Maar Stiglitz nuanceert dit beeld. In een interview zegt hij: “Friedman benadrukt de rol van technologie bij het platter maken van de aarde. Maar om toegang tot die technologie te hebben, zijn onderwijs en financiële middelen onontbeerlijk.”
En daar ontbreekt het vaak aan. Dat verklaart enerzijds waarom een continent als Afrika dat stelselmatig wordt leeggezogen, steeds verder het moeras ingetrokken wordt. En anderzijds waarom China en India nu een stevige sprong voorwaarts maken. Stiglitz: “China profiteert van een opmerkelijke combinatie van spotgoedkope arbeid en hoogopgeleide ingenieurs. Daardoor kan men in supermoderne fabrieken ongeschoold personeel voor een habbekrats laten werken.” En India profiteert van ontwikkelingen die al wat langer geleden zijn ingezet. “De maharadja van Bangalore, nu het kloppend hart van de Indiase hightech, stichtte honderd jaar geleden de eerste technische universiteiten. Ook onder Nehru werd er veel geïnvesteerd in technisch onderwijs. In de jaren tachtig werd de Indiase vergunningeneconomie aangepakt waardoor marktkrachten meer ruimte kregen. Kortom, toen internet zich aandiende, was het hoogopgeleide deel van de Indiase bevolking klaar voor de verbinding met de rest van de wereld.”
Maar ook in de rijke landen is er nogal een verschil tussen de lusten en de lasten, resulterend in winnaars en verliezers: “Voor het eerst in de geschiedenis zijn er wereldwijde monopolies. Microsoft domineert de wereld van de PC’s. Nog nooit eerder is het gebeurd dat één segment van de maatschappij wereldwijd in handen was van één of twee bedrijven. Zelfs Netscape kan worden weggevaagd. Dat geeft aan hoe weinig kans kleinere bedrijven uit kleinere landen maken. Er is allerminst sprake van een level playing field, van eerlijke en gelijkwaardige concurrentie.”
Over Pierre Pieterse
Pierre Pieterse was tot februari 2022 hoofdredacteur van Managementboek Magazine.