De auteur, Joris Luyendijk, behoeft eigenlijk geen introductie meer. De als antropoloog opgeleide Nederlandse journalist schreef eerder een boek dat de kloof tussen beeld en werkelijkheid in het Midden-Oosten en de Nederlandse politiek schetst, ‘Het zijn net mensen’. Dit boek kreeg de NS Publieksprijs (2007), de Dick Scherpenzeelprijs (2007) en de Prix des Assises du Journalisme (2010) toegekend. Daarnaast is Joris Luyendijk bekend van zijn banking blog van The Guardian, die de basis vormde voor columns die in NRC Handelsblad en De Standaard verschenen.
Dit boek is in hoge mate geïnspireerd door zijn blog van The Guardian. Het boek is opgebouwd in vier delen.
Deel I beschrijft wat het probleem is binnen het huidige systeem van de banken en hoe dit systeem er voor zorgt dat corruptie, fraude en integriteitsissues zich kunnen voordoen.
Deel II gaat in op het probleem zelf. Het schetst, aan de hand van veel concrete voorbeelden uit de praktijk, hoe de bankenwereld er écht uit ziet.
Deel III tracht antwoord te geven op de vraag of de bankenwereld het probleem zal gaan oplossen of niet. Het antwoord kun je zelf raden.
Deel IV geeft antwoord op de vraag of wij, als maatschappij, het probleem voor de bankenwereld gaan oplossen. Velen zullen menen dat ‘wij’ dat als hebben gedaan met het overeind houden van de banken tijdens de crisis.
Het boek is makkelijk leesbaar doordat het enerzijds, zij het met een cynische ondertoon vermakelijk is geschreven en anderzijds om dat het voorbeeld op voorbeeld stapelt. Op basis van de vele gesprekken die Joris Luyendijk met mensen uit de bankensector had is hij in staat om concrete praktijkvoorbeelden te schetsen die tot de verbeelding spreken. Daarnaast schrijft Joris Luyendijk gewoon erg makkelijk en toegankelijk.
Het boek van Joris Luyendijk spreekt mij, als adviseur integriteit en compliance, erg aan. Het heeft mij veel inzicht geboden in de psychologische en met name sociologische valkuilen waarin wij als mensen elke keer weer trappen. Bestuurders die leiden aan ‘overconfidence’ en hierdoor besluiten nemen die geen weldenkend mens had genomen en het principe van ‘confirmation bias’, waardoor mensen in een tunnelvisie belanden waar zij nooit meer uit komen.
En zo zijn er in het boek nog veel meer psychologische aspecten terug te vinden. Het positieve hieraan is dat, juist door deze psychologisch valkuilen te erkennen en herkennen, het mogelijk wordt om deze te meten. De onderliggende psychologische en sociologische principes die Joris Luyendijk in zijn boek beschrijft vormen een basis voor het transformeren van een niet integere organisatie naar een meer integere organisatie. Immers, door deze principes wordt de integriteitscultuur van de organisatie meetbaar en voorspelbaar.
Tegelijkertijd maakt Joris Luyendijk ook wel pijnlijk duidelijk dat het vaak niet (uitsluitend) om het individu gaat dat onethisch gedrag vertoont. Het individu is vaak onderdeel van een groter geheel en dat zorgt ervoor dat hij/zij zich onethisch gedraagt. Ook dit is een verhelderend inzicht. Immers, de verantwoordelijkheid voor onethisch gedrag op de werkvloer verschuift hiermee van het individu naar de organisatie, de bestuurder, het management. Deze laatste heeft de troef in handen om het huidige systeem zodanig te veranderen dat medewerkers op de werkvloer zich weer integer kunnen gaan gedragen.
‘Dit kan niet waar zijn’ laat zien dat het huidige systeem juist onethisch gedrag in de hand werkt en dat het dús anders moet. Hoe, dat wordt nog niet helemaal duidelijk geschetst, maar er zijn wel een aantal basisprincipes die organisaties kunnen hanteren om integer gedrag positief te beïnvloeden. ‘Dit kan niet waar zijn’ is vernieuwend, legt de waarheid pijnlijk bloot en maakt duidelijk dat, datgene waarvan je hoopt dat het niet waar is, toch waar is.
Over Marius van Rijswijk
Marius van Rijswijk is directeur-eigenaar van consultancybureau Doen Consultancy. Hij is alumnus van Business School Nederland, de Action Learning MBA.